Week #6: Meilhan-sur-Garonne – Agde (453KM)

14 juli – 20 juli, 453 kilometer, 2638 hoogtemeters

Afgelopen week hebben we in Bordeaux ons plan een klein beetje omgegooid. In plaats van naar het Iberisch schiereiland te fietsen, besluiten we richting Italië te gaan. We fietsen nu richting het oosten. Eerst langs Laura’s oom en tante en daarna zullen we zien waar we uitkomen!

Dag 36: Meilhan-sur-Garonne – Estillac

80 kilometer, 287 hoogtemeters

Twee koppen koffie en een ingepakte tent later, fietsen we weer langs het kanaal. Het kanaal is omhuld met grote bomen. De ochtendzon schijnt door de bladeren en dat licht weerspiegelt prachtig in het stille water. Het heeft iets magisch, alsof we door een sprookjesbos fietsen.

We worden uit onze droom gewekt als we ons realiseren dat het zondag is én ook nog eens een nationale feestdag. We doen de nodige boodschappen om deze warme dag te doorstaan en zoeken dan een mooie plek om te picknicken.

We rijden langs appel- en perengaarden, langs wijngaarden en langs een heleboel pittoreske Franse dorpjes. We stoppen hier en daar om van de taferelen te genieten. Wanneer we het grote aquaduct van Agen over fietsen, verwachten we een groot feest, maar helaas, dat blijft uit. De stad is uitgestorven, op een paar dronkelappen en kinderen na.

We stoppen bij Café Vélo om een biertje te drinken. Dat hakt erin, want bij elke slok voelen we onze benen zwaarder en slapper worden. Oeps. Aan de barman vragen we nog waar het feest in de stad is, maar alle festiviteiten waren toch echt gister. Een tikkeltje teleurgesteld fietsen we stapvoets naar onze slaapplaats bij Max en Martine in Estillac, een dorpje verderop. Martine doet voor ons open. Ze kijkt eerst verbaasd en begint dan te lachen. Blijkbaar wilde Max ons tegemoet komen fietsen, maar zijn we elkaar net misgelopen. Als Max een half uur later oververhit thuis komt, beginnen we aan de apéro. Daarna is het tijd voor een quiche met blette, snijbiet.

Na het eten nemen ze ons mee voor een kleine rondtoer in de omgeving. Na zoveel kilometer fietsen is het toch telkens weer gek om in een auto te zitten. We rijden naar een van de vele schitterende Franse plaatsjes op een berg. We maken een foto met z’n allen en zien de zon ondergaan. Niet veel later is het bedtijd.

Dag 37: Estillac – Toulouse

113 kilometer, 469 hoogtemeters

Martine is al vroeg vertrokken en om 9 uur stappen ook wij, samen met Max, de deur uit. We hebben een flinke rit voor de boeg, dus het is heerlijk om in alle koelte te vertrekken.

Bij een stoplicht aan de rand van Agen staan we opeens naast Martine. We zwaaien elkaar gedag en gaan dan ieder ons eigen weg. Al gauw fietsen we weer langs het kanaal en dat fietst lekker door. De omgeving verandert zienderogen. Kleine dorpjes en bossen maken plaats voor industrie en kerncentrales.

De temperatuur stijgt, het kanaal is lang en er is weinig schaduw. We stoppen met grote trek bij een supermarkt en kopen overdreven veel lunch, snacks en drinken. Aan een kleine haven stoppen we om te lunchen.

Opgeladen beginnen we aan de laatste zestig kilometer. Langs het Canal du Midi lijken de fietspaden eindeloos. Met muziek in onze oren trappen we rustig door en door en door. Tot we opeens een rustplek met hangmatten vinden. Très bien! We dommelen een uurtje en springen dan weer op de fiets voor het laatste stuk. In Toulouse scoren we chips, koude grapefruitsap en een lekker biertje voor onze Warmshowers-host Vincent.

Vincent verwelkomt ons heel vrolijk en relaxed. We frissen ons op en schuiven dan aan voor een meloen en huisgemaakte ijsthee. Daarna worden we verwend met een rijke pastasalade, smaakvolle wijn en goede gesprekken. Vincent vertelt ons een hoop over zijn levensvisie, zijn werk (coach en healer) en over de geschiedenis van de omgeving. Vooral over de katharen weet hij veel te vertellen. De katharen vormden een religieuze beweging die in de 12de en 13de eeuw heel groot was in het zuidwesten van Frankrijk. Helaas stonden de katholieken erop deze religie uit te roeien, onder andere door dit volk met kasteel en al te verbranden. Hierdoor is er weinig over van wat ooit katharisch was.

Dag 38: Rustdag in Toulouse

Vincent heeft voor ons zijn favoriete ontbijt gemaakt, het Yummie-ontbijt zoals hij het zelf noemt. Vooral veel fruit, zaden, noten en wat olie. Het is heerlijk en een goede bodem voor een dag in de stad.

Vanaf zijn huis in het noorden van Toulouse lopen we de stad in. Toulouse wordt ook wel la cité rose genoemd, vanwege het gebruik van rode bakstenen in de architectuur. Dat is ongewoon voor Zuid-Frankrijk, want meestal zijn de gebouwen van wit pleister of zandstenen.

We bezoeken een markt, de grote Saint André-basiliek en we lopen door de stad. In Toulouse reageren ze op “Merci” niet met “De rien”, maar met “Avec plaisir”, wat iedereen vrolijker stemt. We eten banofee-taart – niet persé een specialiteit uit Toulouse, maar wel een absolute favoriet van deze stad.

We lunchen op een bankje aan de rivier. Naast ons zit een oud, slechtziend dametje, waarmee we meteen aan de praat raken. We zeggen dat we niet heel goed Frans spreken, maar ze staat erop dat we het proberen en dat ze ons met liefde corrigeert. De dame blijkt jarenlang wetenschappelijk onderzoek gedaan te hebben aan de universiteit van Toulouse (waaraan begrepen we niet helemaal). Ze gelooft niet dat we op de fiets zijn en ze weet niet dat we in Nederland een koning hebben (ze was in ieder geval niet gepromoveerd in de Nederlandse geschiedenis).

Na de lunch wordt het toch echt veel te warm in de stad. We zoeken de schaduw op en proberen vooral niet teveel te bewegen. We lopen langzaam terug naar ‘huis’, terwijl we ons verbazen over de jonge gezinnen die op straat in tenten leven. Later horen we van Vincent dat dit vluchtelingen zijn die nog geen verblijfplaats toegewezen hebben gekregen. Een erg treurige aanblik.

‘s Avonds maken we de altijd succesvolle Laura’s Linzensalade voor Vincent. We leren hem wat Nederlandse gewoonten en woorden en hij vertelt ons dat Fransen bijna alles afkorten. Zo hebben ze het niet over ‘pétit déjeuner’ maar over ”tit dej” en niet over ‘à plus tard’ maar ‘à plus’. Weer wat geleerd.

Na de benauwde dag in de stad gaan we vroeg te bedde.

Dag 39: Toulouse – Belflou

61 kilometer, 377 hoogtemeters

Vandaag finisht Le Tour de France in Toulouse. We hebben getwijfeld om langer in de stad te blijven om te kijken, maar gisteren wilden we de drukte en de warmte van de stad al ontvluchten, dus dat doen we nu alsnog.

Dat is maar goed ook, want terwijl we de stad uitrijden, proeven we van de Tour-hectiek in de stad. Het pad langs Canal du Midi schept gelukkig rust te midden van de chaos. Maar we raken inmiddels ook wel uitgekeken op die rechte wegen. Dus we besluiten van de route af te wijken. Opeens staan we middenin het échte Franse landschap. We worden omringd door bergen, vergezichten en smalle plattelandswegen.

Na wat kleine klimmetjes vinden we Camping Auberge Le Cathare, een groene camping aan een groot stuwmeer. De eigenaresse is een superlieve vrouw, die ons in haar golfkarretje rondleidt over de camping en rond het meer.

We frissen ons op met een duik in het helderblauwe meer. Dan is het tijd voor eten, tijd voor een spelletje, tijd voor een ijsje, tijd voor bed.

Dag 40: Belflou – Carcassonne

68 kilometer, 559 hoogtemeters

De ochtend begint bewolkt en fris. Zo fris dat we zelfs onze warme trui onderuit onze fietstas moeten halen.

We warmen gauw op door de heuvels die we op- en afrijden. Weer met van die prachtige uitzichten zoals gistermiddag. Tot we opeens weer voor Canal du Midi staan. De eerste tien kilometer kunnen we lekker doorrijden op goede wegen.

We scoren nog ergens een ontbijtje en daarna begint de grote uitdaging van vandaag. De wegen worden steeds slechter, steeds smaller, steeds ruiger. Onze banden en billen worden geteisterd door hobbels, putten, grote stenen en boomstronken. En we kunnen niet van de route af, want dan zitten we meteen op de snelweg. We fietsen rustig en voorzichtig door en schreeuwen dingen naar elkaar als “Put!”, “Tak!”, “Boomstronk!” “Hobbel!”. Canal du Midi heet vanaf nu Canal du Medium.

Kilometers voor Carcassonne slaan we daarom weer af. Dwars door dorpjes zien we de stad ontstaan. In het buitengebied rijden we langs Boulangerie Marie Blachère, Grand Frais en langs Decathlon om ons lekke kussen om te ruilen.

Als we het gekkenhuis van het industriegebied uit zijn en Carcassonne binnen rijden, worden we aangenaam verrast met een geweldig uitzicht op het reusachtige kasteel. We rijden erheen, maar we fietsen er niet in. Het lijkt er wel een mierenhoop, zo druk als het er is. Aan de voet van het kasteel drinken we een mintlimonade en dan rijden we naar onze slaapplaats bij Eméline van Warmshowers.

Bij haar thuis koken we een pasta met veel groente en kaas voor ons drieën. Eméline is van onze leeftijd en vertelt ons dat ze schapenherder is. Zo cool! Morgen gaat ze naar de Pyreneeën (we moeten daardoor vroeg op) en ze stelt voor dat we met haar meerijden. We bekijken even hoe de avond loopt, want na het eten gaan we met haar de stad in. Samen met haar vrienden brengen we de avond door in een pub. Super gezellig! Als het middernacht is kunnen we onze ogen niet langer open houden en lopen we terug naar huis.

Dag 41: Carcassonne – Azillanet

51 kilometer, 487 hoogtemeters

De nacht was een beetje te kort, dus we besluiten niet mee te gaan naar de Pyreneeën. Omdat we samen met Eméline vroeg opstaan, zijn we al om half 8 ‘s ochtends bij het kasteel. Het is er zo bizar rustig, we hebben de hele vesting voor onszelf. Heerlijk! We lopen door de stille straten, drinken een kop koffie en om 9 uur zitten we weer op de fiets.

We denken slim te zijn en het Canal du Midi te ontwijken, maar dan belanden we op een rijksweg (sorry Nico!!!). Een wielrenner vertelt ons dat je er gewoon kan fietsen, dus vol vertrouwen volgen we hem. Na enkele kilometers leven we nog steeds en slaan we af naar een rustigere weg.

Daar ontmoeten we een ouder fietspaar uit Duitsland. Ze volgen Canal du Midi, maar op hun fietskaart wordt ook een alternatieve route aangegeven. We bedanken ze voor de tip en gaan op zoek naar de alternatieve route. En die route is schitterend. We fietsen door een glooiend heuvellandschap, langs wijnvelden en kasteeltjes.

Voor de lunch slaan af naar een supermarkt. Precies als we daar aankomen is Laura’s band lek. In de schaduw repareren we ‘m en daarna drinken we welverdiende ijskoude gazpacho uit een pak (en die is me toch lekker!). Vanaf daar is het nog maar ruim tien kilometer naar de volgende camping. Maar ook vandaag is het na de lunch alleen maar heter en heter aan het worden. We komen nog twee andere fietsers tegen en we weten zeker dat Nederlanders de enige gekken zijn die op dit tijdstip fietsen. Daarom nemen we niet eens de moeite om ‘Bonjour’ te zeggen, we zeggen gewoon ‘Goedemiddag’. We hebben gelijk. Lachend (en een beetje betrapt) fietsen ze ons voorbij.

Rustig aan fietsen we door tot we bij een kerkje een waterkraan vinden (wat een godsgeschenk!). De hitte is verzengend en we dopen ons helemaal onder het water uit de hemelse kraan. De laatste kilometers bestijgen we onze eerste echte berg en komen dan aan op de camping.

Tijdens het opzetten van onze tent, mogen we de hamer van onze overburen gebruiken en later mogen we ‘m zelfs houden. Zo aardig en handig! Na een duik in het zwembad en een bak friet met van die zure Franse mayo, komen we terug bij de tent. Daar blijken de twee andere fietsers onze buren te zijn. Gezellig!

Dag 42: Azillanet – Agde

80 kilometer, 459 hoogtemeters

De verzengende hitte van gisteren uit zich deze ochtend in regen en onweer. Tijdens een droog moment pakken we de tent in en drinken dan een kop koffie op het campingterras.

We vertrekken later dan gepland, maar door de lichte regen is het nog steeds lekker koel. We rijden over prachtige wegen, over heuvels en wederom door wijngaarden.

Hoe dichter we de Middellandse Zee naderen, hoe meer het landschap verandert. Het wordt steeds vlakker en er zijn steeds meer mensen. Opeens verkeren we in waanzinnig toeristisch gebied: gigantische campings vol animaties, omroepkarretjes die ons voorbij scheuren, pretparken en bijna alleen maar Nederlanders. We vinden het verschrikkelijk en fascinerend tegelijkertijd. Als we even stoppen om het allemaal te aanschouwen, komt er een oud dametje boos en gillend op ons af. Ze denkt dat we politie zijn vanwege onze gele hesjes.

De laatste kilometers tot aan Agde nemen we afscheid van Canal du Medium. We rijden erlangs tot ie in zee uitmondt en wij in Agde zijn.

Daar slapen we bij Dimitri, die verrassend goed Nederlands spreekt, en zijn hond, die hij heeft gevonden tijdens een fietsvakantie in Kroätië.

Dimitri heeft een heel bijzondere, inspirerende levenswijze. Tot zijn 30ste heeft hij hard gewerkt in de financiële sector en daarna is hij coach en hondentrainer geworden. Hij leeft van heel weinig geld door te leven van dumpster diving – dat betekent dat hij leeft van wat supermarkten weggooien. Je kan nu een vies gezicht trekken, maar het is best nobel. Veel van wat supermarkten weggooien is namelijk gewoon nog hartstikke goed te eten. Vanavond kookt hij een ratatouille voor ons van producten van de biologische supermarkt.

‘s Nachts schrikken we wakker van de enorme hond die opeens vlak naast ons bed staat. Verder slapen we heerlijk in Agde.

Dat was week 6!

Het is een geweldige, hete week geweest. In één week tijd hebben we een hoop uiteenlopende mensen ontmoet. We zijn er ook achter gekomen dat we de rust en ruimte van het platteland nu meer waarderen dan een grote stad. Ondertussen genieten we nog steeds van jullie traktaties en we hopen dat jullie nog steeds genieten van onze blog!!

0 thoughts on “Week #6: Meilhan-sur-Garonne – Agde (453KM)”

  1. Haha, toen ik de was vanochtend stond op te vouwen dacht ik nog aan jouw “medium” en nu schrijf je het hier!!
    Wat een heerlijk verslag weer en I ♡ jullie foto’s!!

    Reply

Leave a Comment

4 + three =